Artikel 370a
1
Aan de verdachte die is aangehouden voor een strafbaar feit dat voor de politierechter wordt vervolgd, kan een verkorte dagvaarding worden uitgereikt. Artikel 260, vijfde lid, is van overeenkomstige toepassing.
2
De verkorte dagvaarding bevat:
a
een oproeping om een bepaalde dag en uur op de terechtzitting voor de politierechter te verschijnen terzake van een kort omschreven feit;
b
de mededeling van de rechten en bevoegdheden, op welke de verdachte ingevolge artikel 260, derde lid, opmerkzaam moet worden gemaakt;
c
de aankondiging dat de verkorte dagvaarding zal worden aangevuld en een mededeling over de rechtsgevolgen die zijn verbonden aan het al dan niet verschijnen op de terechtzitting.
3
De verkorte dagvaarding wordt voor de terechtzitting aangevuld met een telastlegging die voldoet aan de eisen van artikel 261, eerste lid; deze aanvulling wordt ten minste drie dagen voor de terechtzitting toegezonden aan het door de verdachte opgegeven adres.