Artikel 539h
1
De verdachte kan slechts worden aangehouden:
1°
ingeval van ontdekking op heterdaad van een misdrijf, door een ieder;
2°
ingeval van ontdekking op heterdaad van een overtreding, door een opsporingsambtenaar, een commandant, een schipper en een gezagvoerder van een luchtvaartuig;
3°
buiten het geval van ontdekking op heterdaad, indien het een misdrijf of het strafbare feit omschreven in artikel 435 onder 4°. van het Wetboek van Strafrecht betreft, door een opsporingsambtenaar, een commandant, een schipper en een gezagvoerder van een luchtvaartuig.
2
De officier van justitie kan in de gevallen, genoemd in het vorige lid, de aanhouding van de verdachte bevelen.