Litigo logo
De Nederlandse strafwet is toepasselijk op de Nederlander die zich buiten Nederland schuldig maakt aan een feit dat door de Nederlandse strafwet als misdrijf wordt beschouwd en waarop door de wet van het land waar het begaan is, straf is gesteld.
De Nederlandse strafwet is voorts toepasselijk op de Nederlander die zich buiten Nederland schuldig maakt:
aan een van de misdrijven omschreven in de en en in de , , , , en ;
aan een van de misdrijven omschreven in de , , , , , , , en , voor zover het feit gericht is tegen de rechtspleging van het Internationaal Strafhof;
aan een van de misdrijven omschreven in de en ;
aan een van de misdrijven omschreven in de , voor zover het feit oplevert genitale verminking van een persoon van het vrouwelijke geslacht die de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt;
aan het misdrijf omschreven in .
Met een Nederlander wordt voor de toepassing van het eerste en het tweede lid, onder b tot en met e, gelijkgesteld de vreemdeling die na het plegen van het feit Nederlander wordt alsmede, voor de toepassing van het eerste en tweede lid, de vreemdeling die in Nederland een vaste woon- of verblijfplaats heeft.