Litigo logo
Niettemin blijven buiten het faillissement:
de niet-bovenmatige roerende zaken en gezelschapsdieren vermeld in , tenzij in het faillissement schuldeisers opkomen wegens vorderingen vermeld in , alsmede het auteursrecht in de gevallen waarin het niet vatbaar is voor beslag;
hetgeen de gefailleerde door persoonlijke werkzaamheid, of als bezoldiging wegens een ambt of bediening, of als soldij, gagement, pensioen of onderstand, gedurende het faillissement verkrijgt, indien en voorzover de rechter-commissaris zulks bepaalt;
de gelden, die aan de gefailleerde verstrekt worden ter voldoening aan een wettelijke onderhoudsplicht;
een door de rechter-commissaris te bepalen bedrag uit de opbrengst van het in bedoelde vruchtgenot, ter bestrijding van de in vermelde lasten en van de kosten van verzorging en opvoeding van het kind.
het ingevolge in de kas der gerechtelijke consignaties gestorte bedrag;
de goederen bedoeld in ;
een aanspraak op het tegoed van een lijfrenterekening of op de waarde van een lijfrentebeleggingsrecht als bedoeld in artikel 1.7, eerste lid, onderdeel b, van de Wet inkomstenbelasting 2001 voor zover de ter zake ingelegde bedragen voor de heffing van de inkomstenbelasting in aanmerking konden worden genomen voor de bepaling van het belastbare inkomen uit werk en woning.